Tweemaal schudde de God van Nederland zijn eerbiedwaardige hoofd en tweemaal schoven z’n eerbiedwaardige grauwe bakkebaarden heen en weer over z’n vest. Uit: ‘Dichtertje’ (1917), Nescio (J.H.F. Gr nloh)
Hoe staat de God van Nederland ervoor? Niet zo best, denken velen misschien, maar wie goed kijkt merkt dat religie leeft. Op zondag zitten er meer mensen in de kerk dan in het stadion, de kerk is de grootste vrijwilligersorganisatie van het land en de Bijbel staat hoog op de bestsellerslijsten.
Voor De God van Nederland zijn journalisten en fotografen van het dagblad Trouw op zoek gegaan naar de hedendaagse christelijke geloofsbeleving. De resultaten van hun zoektocht zijn verrassend, in alle lagen van de bevolking en op allerlei manieren blijken mensen met het hogere bezig te zijn: in Geleen laat een motordub jaarlijks de ronkende tweewielers zegenen; in Nijmegen breekt de jongste Russisch-orthodoxe parochie van Nederland de vasten met een glaasje wodka; in de Randstad zoeken migrantenkerken noodgedwongen hun toevlucht tot parkeergarages en gymlokalen, en in de Amsterdamse Keizersgrachtkerk kunnen homoseksuelen terecht voor de maandelijkse ‘roze viering’. Door de mensen veel zelf aan het woord te laten en gebruik te maken van inzetjes met achtergrondinformatie geeft De God van Nederland een breed en levendig beeld van christelijk Nederland.
De God van Nederland is geschreven onder redactie van Trouw-journalisten Elma Drayer en Pieter van der Ven. Emiel Hakkenes nam tien hoofdstukken voor zijn rekening.